Hulp bij toegankelijkheid

Skip to main content

Aangepaste openingstijden:

Voorlopig is het museum alleen te bezoeken op afspraak.

Steinder bijnamen

Door: Wim Janssen (Wim van Martien van Pitte) Stichting Erfgoed Stein

Bijnamen en scheldnamen om families uit elkaar te houden

In Stein was het vroeger gebruikelijk dat de mensen naast hun familienaam ook een bijnaam hadden. De reden hiervoor was veelal dat er veel mensen in de “Maaskentj” waren met dezelfde familienaam.

Veel voorkomende familienamen in Stein zijn: Aarts, Smeets, Janssen, op den Camp, Driessen, Schepers, Dassen, Brouns, Bours, Lenssen, etc.
Om toch duidelijk te maken over wie je het had gebruikte men bijnamen of nanamen maar ook soms scheldnamen. Binnen de Heemkundegroep van SES proberen de vrijwilligers deze te gebruiken bij hun fotopresentaties. Hierbij zij wel vermeld dat scheldnamen niet of slechts bij hoge noodzaak worden gebruikt.

Van links naar rechts:
Ida van ’t Siemelke, Maria van Pjer de Brak en Mieke van ’t Siemelke.
Uit: Archief: Stichting Erfgoed Stein.

‘t Simelke

Bijnamen zijn namen die verwijzen naar omgeving of gebeurtenissen. Voorbeelden hiervan zijn: Mieke van ’t Simelke (Mieke Schepers) - Marleen van Nelia van Anna van de Schepe (Marleen Driessen) – Jan de Pöt (Jan Janssen), John van Mia van ’t Snurke. 

Namamen zijn namen die verwijzen naar ouders en/of voorouders.
Voorbeelden hiervan zijn: Wim van Martien van Pitte (Wim Janssen) – Jacqueline van Nol van Willem de Krewiel (Jacqueline Martens) – Lau Van Chris van Anna van Lochs (Lau Schepers) – Peter van Zef van Sjang van de jong (Peter Stijnen).

Scheldnamen zijn namen die veelal verwijzen naar een handicap of uiterlijk. Voorbeelden hiervan zijn: Teun de Pökkel (Teun Smeets) – Smaale Né (Né Janssen) – Maan d’n Duvel (Maan Janssen).

Revue

Bijnamen worden tegenwoordig nog veel gebruikt in toneelvoorstellingen of korte sketches in het Steinder dialect, zoals tijdens de Steinder Revue.

Daarbij worden deze bijnamen gebruikt in relatie met hun directe betekenis. Dit leidt dan vaak tot grappige lachwekkende situaties.

Van links naar rechts: Til van Sjeunkes, Harie de Ketsj en Burgemeester Coenders.
Uit: Archief Stichting Erfgoed Stein.

Een voorbeeld is een dialoog tussen Harie de Ketsj (Harie van Mulken) en Gimke de Pitsj (Gim Driessen) bij Thei de Bekker in “de kafee”.

Harie zach: “Gimke zouver os nog eine pitsje”.
Gim éntjwoort: “Harie dat ketsj ich neet aaf”.

Het op deze wijze gebruik van bijnamen is daardoor erg waardevol en dient zodoende zeker behouden te worden voor de komende generaties.