5. De Kinsky
Borchard van Kinsky begon in 1689 een proces om de heerlijkheid Stein te kunnen verkrijgen, maar hij stierf in 1724 zonder ook maar iets bereikt te hebben. Toen in 1732 de graaf van Merode stierf en hij slechts minderjarige kinderen naliet, zag de familie van Kinsky hun kansen als gunstig.
Zij sloten zich aaneen om het kostbare proces op gezamenlijke kosten door te zetten. Het Keizerlijk Kamergerecht te Wetzlar deed op 25 maart 1735 een voor hen gunstige uitspraak. De familie van Merode raakte het bezit kwijt en moest de familie van Kinsky ook nog een schadevergoeding betalen.
De inhuldiging van de heren van Kinsky vond plaats in januari 1740. De familieleden hadden al meteen onderling onenigheid over het aandeel dat de verschillende kinderen Kinsky toekwam, wat een aanleiding was voor het voeren van nieuwe processen.
Op de dag van de inhuldiging kreeg de oudste zoon van de nieuwe heren, Maurits, kennis aan een joods meisje, Miriam Cohen, dochter van de Jood van Stein. Dit werd door de familie zeer zwaar opgenomen. Op 15 november 1741, tijdens de kermis, was de hele familie feestelijk bijeen toen deze kwestie opnieuw in alle hevigheid ter sprake kwam. Ten overstaan van het hele gezelschap heeft Maurits zijn vader uitgedaagd voor een duel op de degen en sleepte hem de zaal uit. De familie kwam tussenbeide. Maurits werd in de gevangenis in de Rode toren gesloten en de volgende dag van het kasteel verjaagd. Vergezeld van zijn joodse vriendin vertrok hij naar Amsterdam.
Tegen het einde van 1746 maakte zijn vader zijn testament op, waarin de ontaarde zoon onterfd werd. Na de dood van zijn vader in februari 1747 probeerde Maurits de eigendomsakten te laten stelen. Ruim twee jaar later, in de nacht van 27 op 28 juni 1749, verscheen Maurits met twintig soldaten plotseling in Stein en namen het kasteel bij verrassing in. Het aanwezige dienstpersoneel werd weggejaagd, nieuwe beambten werden aangesteld, inkomsten binnengehaald, enz.
De overwinning was echter van korte duur. De gezamenlijke erven Kinsky sloegen alarm bij het keizerlijke kamergerecht en konden het bezit weer veilig stellen. In de vroege morgen van 13 september 1749 trok een compagnie soldaten Stein binnen. Maurits had hen niet afgewacht en was al voor dag en dauw verwenen. Om zijn gedrag te verdedigen en zijn rechten te handhaven beriep hij zich op een ouder testament van 1556. Zonder succes. Maurits leidde een ellendig bestaan tot hij op 22 september 1763 na een rouwmoedige biecht, in een ziekenhuis te Rome overleed.
Op deze geschiedenis is het verhaal van Ecrevisse "De Vadermoorder” gebaseerd (1856) en Pater Munsters heeft in 1979 onder de gelijknamige titel een boek geschreven waarin de feitelijke gebeurtenissen zijn beschreven.
Bij een inhuldiging van een nieuwe Heer was het gebruikelijk dat deze na afloop van de plechtigheden de gemeenschap beloofde haar oude rechten en gebruiken te eerbiedigen. Ook de Kinsky's hadden in 1740 deze belofte afgelegd en onder ede bevestigd, zonder dat ook maar in het minst beschreven was waaruit die oude rechten en gebruiken bestonden. Toen de Heren in 1744 hun onderdanen nieuwe verplichtingen oplegden en accijns gingen heffen op het stoken van brandewijn kwam Stein massaal in verzet.
Een andere ernstige grief van de inwoners van Stein was de verordening waarin werd bepaald, dat voor het gerecht en in officiële stukken de Hoogduitse taal gebruikt moest worden. Het ene proces bleef volgen op het andere, waardoor het verzet in Stein steeds meer werd aangewakkerd. Daarnaast had het aanzien en gezag van de Heren van Kinsky sterk moeten inboeten door hun voortdurende familieruzies.
De ontevredenheid door de toename van al deze wantoestanden leidde uiteindelijk tot een uitbarsting bij de bevolking van Stein. In de nacht van 30 op 31 oktober 1777 gingen de lang getergde inwoners joelend en tierend en vloekend en schimpend naar het kasteel. De slaapkamer van een van de heren, die zich beneden vlak bij de ingang bevond, werd met stenen bekogeld. Er werd met hagel en scherpe munitie geschoten. Ruiten werden ingegooid en vensters verbrijzeld. Door deze opstand werden de Heren van Stein van het kasteel verjaagd. Jarenlang heeft de familie geprobeerd het kasteel weer te kunnen betrekken wat niet is gelukt. Voordat het gerecht de hele kwestie had bekrachtigd brak de Franse Revolutie uit, wat tevens een einde maakte aan het gezag van de Kinsky’s. De aandelen van het kasteel waren onder een groot aantal erfgenamen verdeeld en ze waren veelal belast met grote schulden en hypotheken.